Zout

Zout 768 560 Bart Van Loo

Het is paasvakantie en u hebt eindelijk tijd om die dikke boeken te kopen die al zo lang naar u lonken. De nieuwe Buwalda of die oude Balzac, koop wat u wilt, maar schaf u bij wijze van literaire surplus ook het laatste werk van Marc Reugebrink aan. ZOUT telt amper 150 blz. en kost niet eens 19 EUR. Een prikje voor zoveel schoonheid.

Hoewel de stijl van Marc Reugebrink duidelijk heeft liggen rijpen in eiken vaten, heeft zijn manier van schrijven de elegante frisheid van een jonge vrouw in het volle besef van haar aantrekkingskracht. Wat een heerlijk boekje is ZOUT geworden. Le nouveau Reugebrink est arrivé! Geen autobiografische inkijkjes deze keer, neen, wel één grote ode aan de verbeelding.

Het universum van ZOUT deed me denken aan dat van ‘Carpathia’, het meesterwerk van Matthias Menegoz, of ook nog aan de wereld van de Hongaarse krachtpatser Miklós Bánffy. In zekere zin kun je het ook een “doortrekking” van Theodor Storms “Schimmelruiter” noemen.

Zou Reugebrink beseffen dat hij met het dorpje Lende zijn hoogsteigen Macondo heeft geschapen? Dat hij met ZOUT zijn HOBBIT heeft geschreven? Dat hij het nu aan ons verplicht is om na deze smaakmaker een dikke trilogie te schrijven die in en rond Lende afspeelt? Het einde van zijn novelle laat die mogelijkheid perfect open.

Ik stel voor dat terwijl de mensheid hierop wacht, deze mensheid zich massaal aan ZOUT vergrijpt.