Billy Joel wordt 70

Billy Joel wordt 70 602 598 Bart Van Loo

Hij is niet zo afgetraind als Springsteen (ook bouwjaar 1949): Billy Joel ziet er gewoon écht 70 uit. Maar hij laat intussen nog altijd de stadions en concertzalen vollopen – hij is bezig aan een merkwaardig wereldrecord, sinds 2014 speelt hij elke maand voor een uitverkocht Madison Square Garden, hij speelt vanavond het 64ste concert uit de reeks. Maar er is natuurlijk vooral zijn catalogus. Sinds 1994 is daar weinig of niets meer bijgekomen, en zegt hij zelf met enig gevoel voor zelfspot: “I’m an oldies act”. Nu ja, geldt dat niet voor het gros van de groepen uit de jaren ’70-’80 die nog optreden? Zelfs als ze om de zoveel jaar nog een obligate plaat uitbrengen? Hij geef het tenminste ruiterlijk toe.

Bruce Springsteen en Billy Joel! Wat hebben de critici die twee vergeleken. En hoe vaak moest Joel het afleggen, zeker als het op ‘street crediblity’ aankwam. Zelf zegt Joel er dit over: ,,Bruce speelt gitaar en dat is bij uitstek het instrument dat bij rock-‘n-roll hoort. De piano is altijd verdacht omdat het een rijkeluisinstrument is. Bovendien studeerde ik piano, mijn moeder moest 10 dollar per les neertellen. dat was in de jaren 50 een behoorlijke som. En als je iets ‘studeert’ zijn popcritici extra kritisch.’’ Enkele jaren geleden mocht Springsteen een keer meezingen met Billy en grasduinden ze in het Joel-oeuvre. Na afloop zei Springsteen: “Those songs—they’re built like the Rock of Gibraltar. Until you play them, you don’t realize how well they play.”

Wat er ook van weze, Joel is een van die artiesten die mijn jeugd kleurden. Ja, natuurlijk geeft iedereen graag toe dat hij van jongs af met Cohen, Waits en andere Dylans dweepte, maar Billy Joel? Toch bracht die in de jaren zeventig-tachtig enkele van de briljantste albums uit de pop & rock-geschiedenis: “Piano Man”, “52nd Street”, “The Nylon Curtain”… Hij deed iets heel opmerkelijks: hij slaagde erin heerlijke Beatle-achtige-melodieën te combineren met een pittige rock’n roll-sound – wellicht te afgevlakt, met te weinig weerbarstige haken erin om écht serieus te worden genomen – al lijkt dat met de jaren toch te zijn gekeerd en wordt hij steeds meer als een indrukwekkende songsmid én uitzonderlijke live-artiest beschouwd. Ach, in hun verklaringen slaan kenners onvermijdelijk een elitair toontje aan, dat geldt in de literatuur al net zo. De jaren bewijzen dan maar het tegendeel.

Over succes heeft Joel dan weer nooit te klagen gehad, hij moet een van de best verkopende artiesten aller tijden zijn. Maar ook in dat lijstje valt hij niet zo op en heeft men het veel meer over The Beatles, Michael Jackson of Madonna. Billy Joel is op alle vlakken een “gewone kerel” gebleven, “the guy next door” die toevallig prachtsongs schreef en tonnen succes oogstte, maar die er nooit echt leek uit te springen.

Eén van de albums die in mijn ziel gegraveerd staat, is “The Stranger”. Ach, luister naar “Vienna”, “Movin’out” of “She’s always a woman”, voor mijn part zelfs naar “Just the way you are” (al ben ik nooit zo’n fan van die grote hit geweest). Maar beluister vooral “Scenes from an Italian Restaurant”. Bruce Springsteen heeft “Jungleland”, Dire Straits “Telegraph Road”, Billy Joel “Scenes from”. Het zijn epische songs, breed uitwaaierend, het tegenovergestelde van radiohits, je hoort ze dan ook bijna nooit, maar de fans begaan er een moord voor. Een concert zonder die nummers is geen echt concert. Kunnen de Vlaamse radio’s dat nummer vandaag een keer integraal spelen? Dat zal wel niet lukken. Doe dan maar het onvermijdelijke “Piano Man”. Zelf moet Joel dat lied al een half triljoen keer hebben gespeeld: “Ach, “Piano Man” is als een kind”, zegt hij, “Je ergert je er soms dood aan, maar je houdt er wel enorm van.’’

Kan iemand ten slotte deze boodschap in Long Island bezorgen? “Billy, kom nog eens naar Europa! Ik was zeventien toen ik je zag in Ahoy. Ik wil zo graag nog eens zeventien zijn.” Anderzijds zou ik graag een keertje naar zijn Madison Square-optredens gaan. Misschien moet ik deze keer een keertje moeite doen? Hoe dan ook: “Happy birthday, Billy, en thank you so much!”

(Oh ja, men mag op de radio ook een van deze nummers spelen: Angry young man, My life, Only the good die young, Summer, Highland falls, Street life serenader, The great suburban showdown, Souvenir, Captain Jack, It’s still rock and roll to me, Pressure, She’s right on time, Where’s the orchestra, An innocent man, New York State of Mind, A matter of trust, Leningrad, You may be richt… God, wat een catalogus!)