Tegenvallende roman van Amélie Nothomb

Tegenvallende roman van Amélie Nothomb 150 150 Bart Van Loo

Sinds 1992 publiceert Amélie Nothomb met de regelmaat van een metronoom elk jaar een nieuwe roman. In Frankrijk telkens met gigantische verkoopcijfers tot gevolg. Ook hier bij ons wordt Nothomb elk jaar opnieuw vertaald. Het is maar de vraag of zij bij ons ook grote lezersgroepen bereikt. Want fan moet je zijn om elk jaar weer haar nieuwe boek te kopen, te lezen… en goed te vinden.
Zopas verscheen De winterreis. Zoals vaker weet ze de lezer meteen bij de lurven te vatten. Nothombs mannelijke held is van zin om het vliegtuig van halftwee op te blazen. Terwijl hij wacht op het vertrek, schrijft Zoïlus (want zoals steeds schudt de schrijfster de meest eigenaardige namen uit haar schrijvershoed) in een schriftje neer hoe het zover is kunnen komen. Na dit belovende begin sputtert de motor.
Zoïlus was verliefd geworden op Astrolabe, maar zij beantwoordt zijn wanhopige liefde niet zoals hij het zich had voorgesteld. Na een op amoureus vlak ontgoochelende trip onder invloed van paddo’s dringt het tot Zoïlus door “dat hij maar beter de wereld kon vernietigen.” En dus stapt hij het vliegtuig op met explosieve plannen.
Nothomb kan schrijven, niemand zal dat ontkennen. Haar debuutroman Hygiëne van de moordenaar (1992) kun je net als het uitstekende Filippica’s (1995) aan iedereen aanraden. Alleen worden haar intriges met de jaren dunner en ongeloofwaardiger, overstijgen haar vroeger aandoenlijk karikaturale personages zelden het bordkartonnen niveau en is haar beeldspraak maar een slap afkooksel van de zwierige hyperbolen van weleer. Misschien moet ze eens een jaartje overslaan?
Amélie Nothomb, De winterreis, Meulenhoff/Manteau, vertaald door Marijke Arijs, ISBN 978 90 8542 246 7.