Gisteren at ik maatjes in Delft, zonet kibbeling in ‘s-Hertogenbosch. Er komt nu stilaan echt een einde aan de Bourgondische ommegang, maar ik wil zolang mogelijk genieten van de Hollandse geneugten, ook in Brabant.
Straks steek ik het plein over dat door Jeroen Bosch ontelbare keren werd overgestoken tijdens zijn wandeling van huis naar atelier. Hij wijst met zijn stenen neus naar waar ik moet: naar de Statenzaal van Brabant waar ik mag spreken op uitnodiging van het Noordbrabants museum. Samen met deze topmensen, die eerder de vermaarde tentoonstelling over Bosch maakten, mag ik werken aan een expositie over de Bourgondiërs. Die komt er normaal gezien in 2022. Daarover sprak ik deze week nog met ‘Het Brabants Dagblad’.
De Statenzaal zit helemaal vol vandaag, maar iets zegt me dat ik er nog wel eens eer zal komen spreken. Bij deze alvast tot de volgende keer! Voor een keer zal niet alleen het verleden maar ook de toekomst Bourgondisch kleuren.